Successiememories Waalwijk

Anna Maria Houtepen, overleden te Baardwijk op 10-03-1848

RANB, inv.nr. 036.03.17., Waalwijk, memorienummer 311
De ondergeteekenden, Adrianus van Drunen en Peeter van Drunen, beide dienstknechten, wonende te Waalwijk, Johanna van Drunen, zonder beroep, wonende te Tilburg, Martinus van Drunen, bakker, Cornelis van Drunen, schoenmaker, en Antonetta van Drunen, zonder beroep, wonende te Baardwijk, kiezende ten effecte van dezes domicilie ten sterfhuize der nagemelde overledene, verklaren:
dat Anna Maria Houtepen, in leven zonder beroep, laatst gewoond hebbende en overleden te Baardwijk, den tienden maart 1800 achtenveertig ab-intestato is overleden,
dat hun nalatenschap wordt geerfd door hare bovengenoemde alle meerderjarige kinderen,
dat tot dezelve behooren de navolgende onroerende goederen, alle gelegen te Baardwijk:
  1. De helft in een perceel bouwland, genaamd Gesietens, kadastraal bekend in sectie C N97, groot een bunder achtentwintig roeden en twintig ellen,
  2. De helft in een huis, schuur, erf, tuin met aangelegen wei- en bouwland, kadastraal bekend in sectie E nummers 326, 327, 328, 329 en 330, tezamen groot achtentwintig roeden tachtig ellen,
Wijders dat door dit overlijden geen fdeicommis gedevolueerd noch vruchtgebruik vervallen is.
Baardwijk, den 14 Augustus 1848
Volgen handtekeningen

 

Maria Cecilia Houtepen, overleden te Waalwijk op 21 juni 1860

RANB, inv.nr. 036.03.17.59, Waalwijk, memorienummer 46

Memorie van Aangifte voor het regt van successie en overgang wegens de nalatenschap van Maria Cecilia Houtepen, in leven huijsvrouw van Adrianus Oomen, zonder beroep, gewoond hebbende te Waalwijk en aldaar den 21 Junij 1860 overleden.

De ondergeteekenden
  • Hubertus Oomen, bierbrouwer, wonende te Waalwijk
  • Johannes Josephus Hallet, olieslager, wonende te Mol in België in hoedanigheid van vader en wettige voogd over zijn  minderjarig kind genaamd Alphons Adrianus Hallet, in leven verwekt bij Johanna Oomen overleden te Mol.
  • De echtelieden Antonie van Es, leerlooijer en zijne huisvrouw Johanna Petronella Maria van Dommelen, eerder weduwe van Petrus Josephus Oomen, zonder beroep, beide wonende te Besooijen de laatste als moeder en gecontinueerde voogdesse en de eerste als medevoogd over Adrianus Hubertus Oomen, minderjarig kind door de ondergeteekende Johanna Petronella Maria van Dommelen in eerder huwelijk bij gemelde wijle Petrus Josephus Oomen verwekt,
Kiezende tezamen domicilie ten kantore van de notaris Boll te Vlijmen.
verklaren
Dat hunne moeder en der minderjarige grootmoeder Maria Cecilia Houtepen, huisvrouw van Adrianus Oomen, in leven zonder beroep, gewoond hebbende te Waalwijk aldaar op den 21 Junij 1860 is overleden.
Dat hare eenige erfgenamen zijn:
a.    Hare zoon de aangever Hubertus Oomen, voor een derde 1/3 gedeelte,
b.    De minderjarige Alphons Adrianus Hallet, bij representatie zijner moeder wijle Johanna Oomen, die was een dochter der erflaatster voor een derde 1/3 gedeelte
c.    De minderjarige Adrianus Hubertus bij representatie zijns vaders wijle Petrus Josephus Oomen, die was een zoon der erflaatster voor een derde 1/3 gedeelte.
welke Hubertus, wijle Johanna en mede wijle Petrus Josephus Oomen zijn of waren de eenige kinderen der erflaatster Maria Cecilia Houtepen, en zijn door haar in echt verwekt bij Adrianus Oomen, wonende te Waalwijk.
Dat de erflaatster bij hare uiterste wil, verleden voor den te Waalwijk standplaats hebbende notaris Eugenius Fijtsmans in bijzijn van getuigen aldaar den drieentwintigsten November achttienhonderdvijfenvijftig, behoorlijk geregistreerd, heeft:
Gelegateerd aan:
Haren echtgenoot Adrianus Oomen zijn leven lang gedurende, het vruchtgebruik haren geheele nalatenschap met uitzondering van alle hare kleederen en verdere lijfstoebehoren, daaronder begrepen hare goude en zilveren hals en oorsieraden dewelke door haar bij dat testament zijn besproken aan hare kleindochter Maria Cecilia Oomen, oudste dochter van haren zoon Hubertus Oomen.
Dat de onroerende goederen door de overledene nagelaten bestaan in
de onverdeelde helft in
  1. Een perceel hooiland gelegen te Waalwijk op de Koeweide, groot een Bunder, vier Roeden tien ellen, kadastraal bekend sectie A nummer 278.
  2. een perceel bouwland gelegen alsvoor, groot vierenveertig  roeden tien ellen, kadastraal bekend sectie B nummer 458.
  3. Een perceel bouw en weiland, gelegen alsvoor voor de eerste Zein, groot twee Bunders een roede negentig ellen, kadastraal bekend sectie B nummers 240, 241, 242 en 243.
Dat de overledene geene andere onroerende zaken heeft nagelaten dan de hiervoorgemelde.
Dat zij geene goederen als bezwaarde erfgename of in vruchtgebruik bezat.
En dat door haar overlijden geene periodieke uitkeeringen bij opvolging zijn overgegaan of vervallen zijn.
Waalwijk, den 6 December 1860

 

 

Familiewapen Houtepen